Je hebt ze in allerlei vormen en maten, kleuren en smaken: koekjes! De supermarkten liggen er vol mee, want we hebben koekjes speciaal voor bij de koffie of thee, koekjes om mee te nemen naar school of werk en dan is er ook het assortiment ‘luxe koeken’ op de versafdeling. Deze koekjes bevatten vaak veel zout (of conserveermiddelen) om ze lang houdbaar te maken. Door zelf koekjes te bakken kunnen je het zoutgehalte flink terugbrengen.
Vandaag heb ik voor Bretonse koekjes gekozen. Zoals de naam het al een beetje zegt, vinden de koekjes hun oorsprong in Bretagne (Frankrijk). Het is een heel krokant, kruimelig koekje. Je kunt ze bakken in bakringen of een cupcakevorm om ze mooi rond te krijgen. Zelf heb ik gekozen om ze lekker robuust te houden en zo op de bakplaat gelegd.
Ingredienten:
3 eieren
130 gram suiker
150 gram roomboter (op kamertempratuur)
1 citroen
200 gram tarwebloem
16 gram bakpoeder
3 gram zout
Bereiding:
Splits de eieren en doe de dooiers in een kom (de eiwitten worden niet gebruikt).
Begin de eieren te kloppen met een handmixer en voeg al kloppend de suiker in delen toe. Klop tot er een stevig lichtgeel schuim ontstaat.
Mix de boter in delen door het ei-suikermengsel en rasp vervolgens de gele schil van de citroen boven het mengsel
Zeef de bloem, bakpoeder en zout en voeg toe aan het botermengsel.
Meng met je handen zo snel mogelijk tot een samenhangend deeg. Dit gaat het beste met kouden handen. Je kunt je handen even onder de koude kraan houden. Vorm het deeg tot een platte schijf en wikkel het in vershoudfolie. Laat het deeg 2 uur rusten in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 170 graden Celsius en bekleed de bakplaat met bakpapier. Vorm balletjes van het deeg (ongeveer 24 stuks) en druk ze plat op de bakplaat tot ze ongeveer een halve centimeter dik zijn.
Bak de koekjes 20 minuten tot ze goudbruin zien.
Comments